zondag 1 november 2015

HAWKER Memories


Vijfenzestig jaar geleden tikte mijn vader een Engels briefje dat ik kon overschrijven en aan een vliegtuigfabriek sturen met de vraag om afbeeldingen en foto's van hun modellen. Om te onderschrijven dat mijn interesse speciaal hun toestellen betrof voegde ik er aan toe "bij voorkeur die en die en die".

Zo ontving ik van het Engelse Hawker Aircraft Ltd. een uit 23 blz. bestaande ringband met twee echte glanzende zwartwit foto's van de Hunter en de Sea Hawk.  Wat een rijkdom...
De Sea Fury kreeg van hen een speciale plaats ingeruimd en werd bij het aantreffen van de ringband de aanleiding voor mijn volgende bouwplaat.




Vandaag google je eventjes en kom je tot de ontdekking dat de Sea Fury ook in Nederlandse Dienst heeft gevlogen. Het ligt voor de hand je dan kiest voor de Hollandse (MLD) uitvoering van de Mk.50.
Behalve prima foto's liggen op internet voldoende duidelijke (en van de Sea Fury redelijk maatvaste!) prenten van maatschetsen voor het oprapen zodat je allang niet meer afhankelijk bent van zo'n klein ding als hierboven in rood afgebeeld en waarop 65 jaar oude potloodlijnen nog zichtbaar zijn. 
Op mijn tiende namelijk verschaalde ik die schetsjes op karton van schrijfblokken en schoenendozen, knipte romp en draagvlakken uit en 'bouwde' zo mijn eigen modellen.
Gelukkig zijn de tijden veranderd...
En gestaag, want het enthousiasme is ook al lang niet meer wat het was, groeien de lijntjes en de kleurtjes. Dan blijk ik (waarom?) te hebben gekozen voor 1 : 50 ipv 75.
Tja, dan kan ik er inderdaad een fraaie spinner op zetten. 's Kijken welk systeem.
Of concentrische 'schillen' (boven) of de opengeklapte cylinderprojectie (onder). 

Ik heb ze beide in de tekening opgenomen en alleen de eerste nog maar gebouwd. 
een kogelvorm kun je simuleren met een reeks afgeknotte kegeluitslagen zoals de bovenste zwarte figuur, maar er zijn ook papieren modelbouwers die de voorkeur geven aan de 'sinaasappelschilmethode',of, wiskundig gesproken de 
Universele Transverale Mercatorprojectie (UTM) van de aarde die ziet er dan uit zoals de onderste zwarte figuur. 


UTM
na een paar probeersels werden gewone kegeluitslagen van spinner en neus toch de beste vorm waarbij het koppelen van de uitslagen (zoals op bovenstaande A4 minder goed werkte dan losse elementen zoals hieronder op de definitieve bouwplaat.

de 25 correcties in de tekening verwerken, prop en pootjes, foto's maken, de site bijwerken en erbij in de vitrinekast

DIT IS 'M DAN...


...GEVOLGD DOOR het 1:100 model (!) van LEEN LEMS







Let op de dubbelde ophanging van de vleugelhelften. En dat (nogmaals) op schaal 1:100 !
Benijdenswaardig netjes . . . 
Ook het grafisch verschalen verdient een pluim.








zondag 12 juli 2015

de tweede Spitfire



Als je bijna dertig schaalmodellen hebt getekend en gebouwd wordt het lastig nog een favoriet vliegtuig te kiezen. Dan is het verzoek van een mede-bouwplatenhobbyist om een bepaald type of uitvoering een leuke uitkomst.
____________________________________________________________________________________________________________

Een Nederlandse Spitfire dus.  
Zoals gebruikelijk haal je twee belangrijke zaken van Internet:

1) foto's van het type toestel:

alle drie Nederlanders zouden een LF IXc moeten zijn...


2) maatschetsen en maten:

meten, rekenen, passen, vergelijken . . .

Na de schaalkeuze (hoe groot moet zijn om in de vitrinekast te passen ?) verschaal je de maatschetsen (geïmporteerd in DraftSight) naar de berekende maten, waarbij de grootste, vaak (bij niet-straaljagers) de spanwijdte,

maatgevend gehouden wordt. 


Na het vergelijken en (in het ergste geval) aanpassen van het vleugel-oppervlak (als dat tenminste bekend is) gaat de aandacht naar de romp waarbij een maatschets met spantprofielen best prettig is.

Zo niet, dan moeten die uit rompbreedte en -hoogte plus vergelijking met foto's worden gefabriekt. De profielen kun je niet klakkeloos gaan kopiëren en overtrekken in je DraftSight tekening maar spanten en maatschets willen wel eens verschillen. Het is dus zaak om de maten h en b op elkaar te checken en evt. aan te passen.


Als m.b.v. de beschikbare spanten de romp is verdeeld in (rechte!) stukken die samen een zo vloeiend mogelijke vorm maken . . . . 

een vloeiende lijn uit rechte rompsecties

. . . . kan aan het fabriceren van de uitslagen worden begonnen.

de uitslagen 
Vervolgens moet de vleugel een hoofdligger krijgen en samen aansluiting vinden in/op de romp. Daarvoor is allereerst het vleugelprofiel nodig; trouwens ook nodig voor de vleugelribben. 
In dit geval nog niet eens eenvoudig, want in alle zijaanzichten was het niet te vinden en moet het uit vleugel vooraanzicht (dikte) en foto's worden afgeleid.
De ligger komt in de regel op het dikste punt in het vleugelprofiel 
(2e afbeelding boven) en is, afhankelijk van de vleugelvorm al dan niet geknikt. 

De aanzet van de vleugel tegen de romp (vleugelwortel) was tot dusver nogal wat reken/tekenwerk, maar bij de laatste aanpassing van mijn programma 'uitslagen' zit die berekening daarbij in. In plaats van twee rompassen te selecteren (van de spanten als boven- en ondervlak van een kegel) wordt nu één as (die van de vleugel snijdende spant) opgegeven. 
En natuurlijk punten in de lagen 'links' (nu de vleugel) en 'rechts' (de spant).
Het programma herkent nu maar één lijn (ipv twee) en voert automatisch de vleugelwortelberekening uit waarna de scriptfile 'wingroot.scr' wordt gesaved.
Het principe is vrij eenvoudig:

* punt P ligt op de romp in S
* S ligt op (boog)afstand L van onderkant romp
* in het platte vlak van de uitslag wordt dat punt P1 (P1-V = L)
De procedure verloopt als volgt:

waarna de uitgeslagen wortel in de rompuitslagen wordt ingepast



Nu resteren nog de liggers, de vleugels, landingsgestel en de camouflage.
Zoals gezegd is de vorm van de vleugelligger afhankelijk van de grootste dikte van de ribben, de vleugelvorm in vooraanzicht en een eventuele pijlstelling van de vleugels.

Hoewel de vleugel onder- en bovenkant weinig zullen verschillen in lengte is dit in theorie wel degelijk het geval. Vandaar immers de lift. 
Toch altijd eventjes bekijken:
verschil is (links in 'properties') 52.8mm en 52.3mm; een halve mm dus - merkbaar ?


Tienden van millimeters die wel van belang zijn liggen in de verbinding van een knik in de vleugel.

het verschil in lengte van vleugeltip tot knik boven en onder is 0.5mm
Hier betekent het dat de aansluiting boven met een pijl van 0.25mm naar de tip toe wordt gebogen en onder van de tip af, dus zo:




boven = boog naar binnen en onder = boog naar buiten
Als dat er dan allemaal op staat is het een kwestie van passen en roteren om zoveel mogelijk figuratie op één A4 te proppen want printerinkt is duur...
Deze onderdelen moeten met plakstrips, spanten, liggers en ribben worden gevormd en aan elkaar gekoppeld.
spanten, liggers, ribben en hechtstrookjes
Afgezien van het landingsgestel, propeller, koeling, antenne en uitlaten is het meetwerk gedaan en is het een kwestie van inkleuren. Denk je dan...
Maar als je deze rozet wilt overzetten op de uitslag 14-15 waar komt ie dan ?


stap 1 - een horizontale lijn over het middelpunt naar 14 en naar 15
stap 2 - zet de afstand tussen die lijn en de onderkant van 14 en 15 om op de spanten en meet de bogen

stap 3 - zet de booglengten uit op de uitslag 14-15, trek die lijn uit stap 1, kopiëer en roteer de rozet 
En zo zal ieder verbindingspunt en knikpunt van de camouflage op de uitslagen overgezet moeten worden. Daarbij moet erop worden gelet dat lijnen op romp, vleugels, staart en stabilo op elkaar aansluiten...
Aansluitend kunnen de camouflagevlakken worden ingekleurd met de hatchopdracht (2kleuren om reliëf te simuleren), maar het cockpitglas is het telkens weer nét niet. Een heldere foto kan dan een uitkomst zijn.




DE BOUW
Sorry, maar dit chapiter is dus een miskleun geworden omdat ik aan het snijden en plakken ben gegaan zonder nog een moment aan Blogger te denken. 
De romp is nu klaar, de cockpit wonderwel in één keer goed en bij het tekenen van het middenvleugelstuk een paar keer knap stom ben geweest. 
Zoiets kan strekken tot leering ende vermaeck, dus daar komt ie:


tweemaal een verkeerd middenstuk:
1) links - 'gewoon' één kant 'even' spiegelen;
2) rechts - o nee, stuurboord verschilt van bakboord
maar stuurboord is rechts en bakboord links....
3) de derde afdruk, compleet met nieuwe hechtstroken - dat moet 'm dan zijn
De aandachtige papierbouwer ziet in de foto dat zelfs poging 3 nog verkeerd is.
De donkergroene vlek aan de voorlijst stuurboord (het midden van middenstuk) moet nl. aansluiting geven op het donkergroene stuk camouflage van de stuurboord vleugeltip (rechtsboven) en dat zit aan de achterlijst.
Zelf kwam ik daar paas achter toen de lijm al op de hechtstrips zat en met de pest in is dat later gecorrigeerd door deze print op gewoon 60 gr printerpapier af te drukken en aan de achterkant te schuren tot er gaatjes in het papier kwamen. 
Deze 'vlies'dunne velletjes herstelden de zaak wel, maar mooi was anders.

dat was 'm dan
De lijst met verbeteringen telde vierendertig punten als gevolg van een ongezonde dosis ongeduld en geriatrische onhandigheid.
De puntjes op de i laat ik graag aan Leen Lems.

een i zonder en met puntjes . . .

de cockpit - wát een gefriemel - is wel een succes geworden (vind ik)
en dat in één keer.... 
En fin nog 'even' de 34 vlekjes wegdraften en dan kan de pdf naar Leen.

straks niet vergeten dat er z.o.z. nóg vijf staan...

ZOALS WAS TE VERWACHTEN MAAKTE LEEN ER EEN ÉCHT MODEL VAN !






LET NIET ALLEEN OP DE PUNTJES, 
MAAR VOORAL OOK OP DE NAADLOZE COCKPIT